Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Daartoe [5]Suppim en [6]Huppim waren kinderen van Ir, [en] Husim, kinderen van Aher. 5. Zij worden Muppim en Huppim genoemd, Gen.46:21. Ook Sefufam en Hufam, Num.26:39. 6. Anders, kinderen der stad; [dat is die in de stad woonden] maar Husim in een ander land, hetwelk zo te verstaan is dat de twee eersten in een stad geboren zijn, maar de twee anderen ergens in een ander land. Hebreeuws, kinderen Ahers, of een zoon eens anderen [persoons, te weten Dan, Gen.46:23, of lands]. Hoe hij bij de kinderen Benjamins hier komt geteld te worden, is onzeker.